Concept statutenwijziging NPV 2025


HOOFDSTUK 1  ALGEMEEN

Artikel 1.1 Naam, zetel, duur

1.       De vereniging draagt de naam Noordelijke Pomologische Vereniging. Zij is gevestigd in de gemeente Westerveld.

2.       De vereniging is aangegaan voor onbepaalde tijd.

 
Artikel 1.2 Doel

De vereniging heeft tot doel:

a.       Het behouden van oorspronkelijke en oude fruit(boom)rassen met het oog op de waarde van hun genetische eigenschappen voor hedendaagse en toekomstige fruitteelt, hun waarde voor de biodiversiteit alsmede hun waarde in historische cultuurlandschappen;

b.       De instandhouding en verdere ontwikkeling van collecties van historische fruitrassen om het voortbestaan van oude variëteiten zo goed mogelijk te waarborgen;

c.       Het samenbrengen van kenners en geïnteresseerden die oude fruitbomen hebben, verzamelen en vermeerderen en/of op andere wijzen kunnen bijdragen aan kennis over en behoud van oude fruitrassen in Nederland;

 

Artikel 1.3 Middelen

De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:

a.       het duurzaam in stand houden van haar ruim dertig jaar oude collectieboomgaard in Frederiksoord en het realiseren van meer aanplant- en bewaarlocaties om het behoud van zeldzame rassen verder te waarborgen;

b.       het (doen) determineren en classificeren van fruitsoorten, rassen en mutaties op verzoek van particulieren, overheden, groenbedrijven en andere organisaties;

c.       voorlichting geven over verzorging en behoud van fruitbomen, onder meer door het verzorgen van cursussen en informatiebronnen;

d.       Het adviseren, begeleiden en zo nodig in rechte bijstaan van particulieren en organisaties die ijveren voor behoud van waardevolle fruitbomen;

e.       het bevorderen van kennis en interesse bij het algemene publiek over oorspronkelijke en oude fruitrassen en hun gebruiksmogelijkheden alsmede over de ecologische waarde van fruitbomen in het algemeen;

f.        samenwerking met zusterverenigingen in binnen- en buitenland, met organisaties die verwante thema’s hebben zoals ecologie, biodiversiteit, soortenbescherming en natuurbeheer almede met instellingen voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

g.       en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn.

 

  Artikel 1.4 Het gewone lidmaatschap

1.       Het gewone lidmaatschap van de vereniging is een persoonlijk lidmaatschap. Dit staat open voor natuurlijke personen van achttien jaar en ouder. Alleen het gewone lid is lid in de zin der wet.

2.       Organisaties, al dan niet in de vorm van rechtspersonen, kunnen verzoeken om toelating tot het  buitengewoon lidmaatschap van de vereniging. Het buitengewoon lidmaatschap is niet overdraagbaar.

3.       Het bestuur beslist over de toelating tot het lidmaatschap. Bij niet-toelating kan de Algemene Vergadering alsnog tot toelating besluiten.

4.       Het gewone lidmaatschap geeft alle rechten en plichten die er aan verbonden zijn, behoudens de beperkingen die in Statuten of de reglementen, vastgesteld bij of krachtens besluit van de Algemene Vergadering, zijn gegeven.

5.       Het lidmaatschap eindigt:

               a.           door de dood van het lid dan wel de ontbinding van de organisatie;

               b.           door opzegging door het lid;

               c.            door opzegging door de vereniging;

               d.           door ontzetting.

4.    Het lid kan zijn lidmaatschap slechts opzeggen tegen het einde van het kalenderjaar; dat moet gebeuren via een schriftelijk bericht aan het bestuur, met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste vier weken. Als de opzegging niet tijdig wordt gedaan, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende kalenderjaar. Het lidmaatschap eindigt na opzegging door het lid echter met onmiddellijke ingang:

         a.      indien redelijkerwijs van het lid niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;

         b.     binnen een maand nadat een besluit waarbij de rechten van de leden zijn beperkt of hun verplichtingen zijn verzwaard, aan een lid bekend is geworden of medegedeeld , tenzij het betreft een wijziging van de geldelijke rechten en verplichtingen;

         c.      binnen een maand nadat een lid een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm of tot fusie.

5.       Het bestuur kan namens de vereniging het lidmaatschap opzeggen tegen het einde van het lopende boekjaar:

a.       wanneer een lid na daartoe bij herhaling schriftelijk te zijn aangemaand op één november van het lopende boekjaar niet volledig aan zijn geldelijke verplichtingen jegens de vereniging heeft voldaan;

b.      wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die op dat moment door de statuten voor het lidmaatschap worden gesteld.

         De opzegging gebeurt schriftelijk met opgave van redenen. De opzeggingstermijn is ten minste vier weken. Als de opzegging niet tijdig is gedaan, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende boekjaar. De opzegging kan evenwel onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap tot gevolg hebben, wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren.

6.         Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of wanneer het lid de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Zij geschiedt door het bestuur, dat het lid zo spoedig mogelijk van het besluit in kennis stelt, met opgave van de redenen. Het betrokken lid is bevoegd binnen één maand na de ontvangst van de kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene ledenvergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Een geschorst lid heeft geen stemrecht.

7.     Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft de jaarlijkse bijdrage voor het geheel door het lid verschuldigd, tenzij het bestuur anders beslist.

 

Artikel 1.5 Het ere-lidmaatschap

1.       De Algemene Vergadering kan, op voordracht van het Bestuur, het ere-lidmaatschap toekennen aan een lid dat zich als persoon heeft onderscheiden door zijn of haar bijzondere betekenis voor en betrokkenheid bij de vereniging en haar doelstellingen.

2.       Het bestuur is bevoegd om het erelid te ontheffen van contributiebetaling.

 

HOOFDSTUK 2  BESTUUR

Artikel 2.1 Algemeen

1.       Behoudens beperkingen volgens de Statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging. Bij de vervulling van hun taak richten de bestuurders zich naar het belang van de vereniging en de met haar verbonden onderneming of organisatie. 2 . Het bestuur behoeft voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de Algemene Vergadering voor besluiten tot: a. het huren of op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen van registergoederen;

b. het aangaan van overeenkomsten waarbij aan de vereniging een bankkrediet wordt verleend;

c. het aangaan of verstrekken van leningen;

d. het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures, doch met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen en van die rechtsmaatregelen die geen uitstel kunnen lijden.

3.       Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging voor zover de wet niet anders bepaalt. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt tevens toe aan de voorzitter en de penningmeester gezamenlijk of aan de secretaris en de penningmeester gezamenlijk of aan de voorzitter en de secretaris gezamenlijk.

4.       Tenzij de Algemene Vergadering anders beslist, ontvangen bestuurders geen bezoldiging voor hun werkzaamheden ten behoeve van de vereniging.

 

Artikel 2.2 Omvang en benoeming

1.       Het bestuur bestaat uit een oneven aantal van ten minste drie en ten hoogste zeven personen. De Algemene Vergadering stelt het aantal bestuurders vast bij Huishoudelijk Reglement. De bestuurders worden uit de leden benoemd door de Algemene Vergadering.

2.       Zowelbijkandidaatstellingalsnabenoemingmeldteen bestuurderzijn/haaractuelefuncties,al dan niet bezoldigde nevenfuncties, zakelijke en persoonlijke belangen en betrokkenheden, opdat tijdig een voorziening kan worden getroffen bij mogelijke strijdigheden met de uitoefening van de bestuurstaken. De benoemde bestuurder overlegt een schriftelijke verklaring inhoudende dat hij bereid is een functie in het Bestuur te aanvaarden en zich bewust is van de verplichtingen die uit de wet, de statuten en aanvullende verenigingsreglementen voortvloeien. Deze bewilligingsverklaring maakt als Bijlage 2 onderdeel uit van het huishoudelijk reglement.

3.       Het huishoudelijk reglement regelt de wijze waarop de werving en kandidaatstelling verlopen. Bij het ontstaan van een tussentijdse vacature in het bestuur wordt zo spoedig mogelijk in opvolging voorzien. Als het aantal bestuurders beneden de drie is gedaald, blijft het bestuur bevoegd, maar het moet dan zo spoedig mogelijk een Algemene Vergadering bijeenroepen waarin de voorziening in de vacature(s) aan de orde komt.

  Artikel 2.3 Termijnen

1.       De zittingstermijn van de bestuurders bedraagt ten minste twee en ten hoogste vier jaar. De Algemene Vergadering stelt de termijn vast bij Huishoudelijk Reglement.

 

2.       De bestuursleden treden bij het einde van de zittingstermijn af of worden dan geacht af te treden. Een lid dat is benoemd in een tussentijdse vacature, treedt af op het moment dat zijn voorganger zouaftreden. Een aftredend bestuurslid kan zich tweemaal aansluitend kandidaat stellen voorherbenoeming.

3.       Het bestuur voorziet in een rooster voor aantreden, aftreden en beschikbaarheid voor herbenoeming om tijdig in vacatures te kunnen voorzien en daarmee de continuïteit en de overdracht van kennis binnen het bestuur te waarborgen.

 

Artikel 2.4 Schorsing en ontslag

1.       De bestuurders worden geschorst en ontslagen bij besluit van de Algemene Vergadering, genomen met ten minste tweederde van de uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

2.       Een bestuurder kan te allen tijde zelf ontslag nemen. Hij is echter verplicht tot behoorlijke overdracht van de taken en van de middelen die hij van de vereniging tot zijn beschikking had.

 

  Artikel 2.5 Verdeling werkzaamheden

1.       De voorzitter, secretaris en penningmeester worden in functie benoemd. Zij vormen samen het dagelijks bestuur. Het bestuur voorziet in een nadere regeling van hun taken en verantwoordelijkheden en voor waarneming in geval van belet of ontstentenis.

2.       De bestuurders verdelen de bestuurlijke werkzaamheden in onderling overleg. Het huishoudelijk reglement legt vast hoe verantwoordelijkheden, onderlinge informatievoorziening en intern toezicht binnen het bestuur worden gewaarborgd.

3.       Het Bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te laten ondersteunen of uitvoeren door werkgroepen.

 

HOOFDSTUK 3  DE ALGEMENE VERGADERING

Artikel 3.1 Algemeen

1.       Aan de Algemene Vergadering komen alle bevoegdheden toe die niet door de wet of de Statuten aan andere organen zijn opgedragen. Alle leden hebben toegang tot de Algemene Vergadering en zij hebben daar ieder één stem.

2.       De Algemene Vergadering heeft in het bijzonder de volgende bevoegdheden:

a.       benoeming, schorsing en ontslag van de bestuurders;

b.       vaststellen en wijzigen van de Statuten en Reglementen van de vereniging;

c.       vaststellen van jaarrekening en financiële verantwoording over het afgelopen boekjaar;

d.       verlenen van kwijting aan het Bestuur voor het door hem gevoerde beleid;

e.       vaststellen van de jaarlijkse ledenbijdrage/contributie;

f.        goedkeuren van het jaarplan en de begroting voor het nieuwe boekjaar;

g.       algemeen toezicht op de wijze waarop de doelstellingen van de vereniging worden nagestreefd.

3.       De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen en wijzigen, waarin onderwerpen worden geregeld waar deze statuten niet of niet volledig in voorzien. Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

 

Artikel 3.2 Vergaderingen

1.       De Algemene Vergadering komt ten minste éénmaal  per jaar bijeen. Voorts wordt de Algemene Vergadering bijeengeroepen zo vaak als het Bestuur dit wenselijk acht. De bijeenroeping vindt plaats door middel van een aan alle leden te zenden schriftelijke mededeling. Aan het vereiste van schriftelijkheid wordt voldaan als de oproep elektronisch is vastgelegd.

2.       Uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar stelt de Algemene Vergadering het jaarverslag, de balans en de staat van baten en lasten vast. Voorts beoordeelt de Algemene Vergadering het jaarplan en de begroting voor het lopende boekjaar die het Bestuur ter goedkeuring voorlegt.

3.       De Algemene Vergadering wordt eveneens bijeengeroepen wanneer ten minste tien procent (10 %) van het aantal leden dit schriftelijk aan het Bestuur verzoekt onder opgave van de te behandelen onderwerpen. Als het Bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van dit verzoek de bijeenkomst heeft uitgeschreven tegen een datum die ligt binnen vier weken na het verzoek, zijn de verzoekers bevoegd hiertoe zelf over te gaan.

4.       De Algemene Vergadering vindt plaats in een fysieke bijeenkomst, tenzij dit op grond van een (tijdelijk) wettelijk voorschrift onmogelijk is, terwijl uitstel naar het oordeel van het bestuur onwenselijk is. De Algemene Vergadering kan in dat geval rechtsgeldig plaatsvinden via een elektronische verbinding, waarbij op een vergelijkbare wijze met fysieke bijeenkomsten geverifieerd wordt dat de aanwezigen stemgerechtigd zijn en de betrouwbaarheid van de stemprocedure is gewaarborgd.

5.       Het huishoudelijk reglement kan nadere regels geven over de organisatie van de Algemene Vergadering, de oproeping ter vergadering, de vergaderorde en de openbaarmaking van vergaderstukken en notulen van ten behoeve van de leden.

 

  Artikel 3.3 Stemmen

1.    De leden van de Algemene Vergadering brengen elk één stem uit. Elk lid stemt zonder last of ruggespraak. Het huishoudelijk reglement kan regelen dat een lid onder voorwaarden zijn stem ter vergadering kan uitbrengen door middel van een schriftelijke machtiging aan een ander lid van de Algemene Vergadering. Een stemgerechtigde kan voor ten hoogste twee personen als gevolmachtigde optreden.

2.    Tenzij de wet of deze Statuten anders bepalen, worden alle besluiten van de Algemene Vergadering genomen met gewone meerderheid van stemmen.

3.    De stemmingen geschieden schriftelijk door middel van ongetekende, gesloten briefjes. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. Mondelinge besluitvorming, bijvoorbeeld door handopsteking of bij acclamatie is mogelijk, tenzij een lid hoofdelijke en/of schriftelijke stemming verlangt.

4.    Heeft bij een stemming over personen niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vindt een tweede stemming plaats tussen de twee personen die de meeste stemmen op zich verenigen. Als dan de stemmen staken, beslist het lot. Als de stemmen staken bij een voorstel dat niet de benoeming van personen betreft, dan is het voorstel verworpen.

5.    Een ter vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel dat een besluit is genomen, is beslissend. Wordt echter de juistheid van dit oordeel ter plaatse onmiddellijk betwist, dan vindt hertelling van de schriftelijke stemmen plaats of wordt de mondelinge stemming herhaald.

   

HOOFDSTUK 4 FINANCIËN

  Artikel 4.1 Geldmiddelen

1.       De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:

a.       de jaarlijkse contributie en eventuele andere bijdragen van de leden;

b.       subsidies;

c.       schenkingen, legaten en erfstellingen;

d.       renten en overige baten, voorvloeiende uit het vermogen van de vereniging;

e.       alle andere baten.

2.       Het huishoudelijk reglement geeft een regeling voor de wijze waarop het bestuur schenkingen, legaten en erfstellingen beoordeelt of laat beoordelen voor het tot aanvaarding kan besluiten.

Artikel 4.2 Jaarverslag, rekening en verantwoording

1.       Het boekjaar van de vereniging loopt van 1 januari tot en met 31 december van ieder kalenderjaar.

2.       Het bestuur houdt een zodanige administratie bij van de vermogenstoestand van de vereniging, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend. Het Bestuur zal de administratieve gegevens gedurende de wettelijke termijn bewaren.

3.       Binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, tenzij de Algemene Vergadering op grond van bijzondere omstandigheden deze termijn met ten hoogste vier maanden heeft verlengd, brengt het bestuur aan de Algemene Vergadering een bestuursverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid.

4.       Eveneens legt het bestuur dan de balans en de staat van baten en lasten, voorzien van een toelichting, ter goedkeuring voor aan de Algemene Vergadering. Deze stukken worden ondertekend door de bestuurders. Ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt dit vermeld met opgave van redenen. Na verloop van de gestelde termijn kan ieder lid in rechte van de gezamenlijke bestuurders vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.

5.       In overeenstemming met art. 2:48 BW onderzoekt een door de Algemene Vergadering benoemde commissie, bestaande uit twee leden die geen deel uitmaken van het bestuur, vooraf de stukken. Deze commissie brengtaan de Algemene Vergadering verslag uit van haar bevindingen. Het bestuur is verplicht om de commissie, in overeenstemming met ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage in de boeken en bescheiden van de vereniging te geven.

 

  Artikel 4.3 Onderzoekscommissie

1.       Als de Algemene Vergadering geen goedkeuring verleent aan de balans en de staat van baten en lasten, benoemt zij een tweede onderzoekscommissie, bestaande uit tenminste drie andere leden, die een nieuw onderzoek uitvoert naar de stukken. De derde volzin van artikel 4.2 lid 5 is van overeenkomstige toepassing.

2.       De commissie brengt binnen een maand na haar benoeming aan de Algemene Vergadering verslag uit van haar bevindingen. Als de Algemene Vergadering ook dan haar goedkeuring weigert, neemt zij al die maatregelen die zij in het belang van de vereniging nodig acht.

 

HOOFDSTUK 5 STATUTENWIJZIGING, ONTBINDING, FUSIE

  Artikel 5:1 Oproep Algemene Vergadering

1.       Voor een besluit tot wijziging van de statuten en voor een besluit tot aangaan van een fusie of ontbinding van de vereniging is een meerderheid vereist van ten minste tweederde van de geldig uitgebrachte stemmen in een Algemene Vergadering, ongeacht het aantal aanwezige leden. Een bepaling in de statuten die de bevoegdheid tot wijziging van een of meer andere bepalingen beperkt, kan slechts worden gewijzigd met inachtneming van de gelijke beperking.

2.       De oproep voor deze Algemene Vergadering wordt ten minste veertien dagen vóór de vergadering gedaan, met de mededeling dat daarin een voorstel tot statutenwijziging, fusie of ontbinding zal voorliggen. Het schriftelijke voorstel daartoe, waarin de voorgedragen wijziging, fusie of ontbinding woordelijk is opgenomen, wordt op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage gelegd tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.

 

Artikel 5:2 Notariële akte

1.       De statutenwijziging treedt pas in werking nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt. Ieder van de bestuurders is bevoegd de akte van statutenwijziging te doen verlijden.

2.       De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de akte van statutenwijziging en een volledige doorlopende tekst van de Statuten, zoals deze na de wijziging luiden, neer te leggen ten kantore van het handelsregister.

 

  Artikel 5:3 Vereffening

1.       De vereffening geschiedt door het Bestuur, tenzij de Algemene Vergadering op een andere wijze hierin voorziet. De vereffenaars doen opgave van de ontbinding aan het handelsregister.

2.       De vereniging blijft na ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen zo veel mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van haar uitgaan, wordt aan haar naam toegevoegd "in liquidatie".

3.       Het batig liquidatiesaldo na vereffening wordt uitsluitend uitgekeerd aan een door de algemene vergadering aan te wijzen fiscaal erkende algemeen nut beogende Nederlandse instelling met een gelijksoortige doelstelling. Op dit besluit is het bepaalde in artikel 5:1 van overeenkomstige toepassing.

4.       De vereniging houdt op te bestaan op het tijdstip waarop geen aan haar, dan wel aan de vereffenaars bekende baten en lasten meer aanwezig zijn. De vereffenaars doen van de beëindiging opgave aan het handelsregister.

5.       Na afloop van de vereffening worden de boeken en bescheiden van de ontbonden vereniging gedurende de wettelijke termijn bewaard. Bewaarder is degene die door de vereffenaars als zodanig is aangewezen. Binnen acht dagen nadat diens bewaarplicht is ingegaan, doet deze hiervan opgave aan het handelsregister.

 

HOOFDSTUK 6 SLOTBEPALINGEN

Artikel 6:1 Geschillen

1.       Alle geschillen tussen de vereniging en haar leden betreffende de rechten en verplichtingen voortvloeiend uit het lidmaatschap worden beslecht door de Algemene Vergadering, met uitzondering van die geschillen waarvoor in of krachtens de Statuten een andere rechtsgang is bepaald.

2.       Het huishoudelijk reglement geeft regels voor de behandeling van geschillen tussen bestuurders.

 

Artikel 6:2 Overige situaties

In alle gevallen waarin de Wet, de Statuten, het Huishoudelijk Reglement of eventuele andere Verenigingsreglementen niet voorzien, beslist de Algemene Vergadering.

Buy Now
Product 1 Title

Sample text. Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit nullam nunc justo sagittis suscipit ultrices.

Quantity
$20.00
$17.00